Aa-kerk

De Der Aa-kerk (ook: A-kerk) is, naast de Martinikerk, het tweede middeleeuwse kerkgebouw in het centrum van de stad Groningen (afgezien van de afgebroken Sint-Walburgkerk en Broerkerk). Gezien vanaf de Vismarkt torent de kerk, gelegen aan het Akerkhof, hoog uit boven de Korenbeurs.

Naam.

Er is wat verwarring over de naam van de kerk, die de meeste stadjers kennen als de A-kerk. Van oorsprong heette hij de Kerk van Onze Lieve Vrouwe ter Aa. Na de reformatie heeft de kerk verschillende namen gehad: Ter Aa-kerk, Dra-kerk, Der Aa-kerk en A-kerk. Na de restauratie van de kerk die in 1982 gereedkwam heeft men besloten de naam officieel vast te stellen als de "Der Aa-kerk". De naam is afgeleid van de vlakbij stromende Drentsche Aa, die deel uitmaakt van de Groninger Diepenring.

De omgeving van de kerk, met name de straat van het Hoge der Aa naar de Grote Markt, vormt waarschijnlijk het oudste deel van de Groninger nederzetting. Het voorvoegsel 'der' wordt niet door iedereen als authentiek onderdeel van de naam gezien. Volgens Jan van den Broek verwijst het 'der' in bijvoorbeeld 'inder Akercke', 'van der Akercke' of 'totter Akercke' naar het verbogen vrouwelijke lidwoord 'die' en is het spreken over 'de der Aa-Kerk' dus grammaticaal onjuist.

Afmetingen

 

 

De Der Aa-kerk heeft een koor, schip en sacristie. Het koor is 500 m² (20 × 25 meter), het schip is 625 m² (25 × 25) en de sacristie is 30 m², in totaal dus 1155 vierkante meter. De breedte van de kerk is 25 meter en de lengte van koor en schip samen 50 meter, maar de hele lengte van de kerk (inclusief de toren) bedraagt 60 meter. De hoogte van de toren van de Der Aa-kerk is 76 meter, de hoogte van de gewelven is 26 meter.

 

Oorspronkelijk stond hier een kapel gewijd aan Sint-Nicolaas en Maria. Sint-Nicolaas was de schutpatroon van de schippers die vlakbij in de Westerhaven hun schepen afmeerden. De kapelontving in 1247 de status van parochiekerk en kreeg de naam Onze Lieve Vrouwe ter Aa.

Groningen ontstond in twee "kluften" of wijken. Een kern was gegroepeerd rond het prefectenhof en de Walburgkerk en was op het bestuur en de landbouw gericht. De andere kern lag rond de Der Aa-kerk en huisvestte vissers en handelaren. Deze tweede kern zou wellicht oorspronkelijk Fries geweest zijn. Volgens de overlevering heeft er tot in de zestiende eeuw een afbeelding gehangen van Karel de Grote met een onderschrift dat verwees naar de door hem verleende Friese Vrijheid.

 

 

De kapel werd verschillende malen verbouwd, zodat er in de vijftiende eeuw (1425-1495) een bakstenen kruisbasiliek stond. De kerk onderging daarna nog verschillende wijzigingen als gevolg van vernielingen door oorlogsgeweld (Reformatie, Bommen Berend) en blikseminslag (1671) en het daaropvolgende herstel.

Drie opeenvolgende torens

Afbeeldingen van het beleg door "Bommen Berend" in 1672 laten zien dat de Der Aa-kerk, die binnen het bereik van de Munsterse kanonnen stond, zijn torenspits had verloren. Dit kwam echter niet door het bombardement, maar door een storm in het jaar 1671, waarbij ook de Martinitoren geraakt werd, die men wel heeft kunnen redden van complete verwoesting. Na het ontzet werd een nieuwe houten spits gebouwd.

Op 23 april 1710 stortte de toren spontaan in. Er waren twee slachtoffers te betreuren.[2] De Frankforter burgemeester Zacharias von Uffenbach, die op bezoek was in Groningen beschrijft in zijn dagboek, dat hij genietend van het uitzicht vanaf de Martinitoren plotseling ontdekte dat de toren van de Der Aa-kerk was verdwenen:

"Een geweldig geschreeuw vervulde de lucht. Op de brokstukken van de kerk zitten vrouwen te wenen als oudtijds de Israëlieten bij de waterbeken van Babylon[3]"

In 1711 werd met de bouw van een nieuwe toren begonnen. Hierbij werd het schip iets ingekort. Deze toren kreeg in 1714 drie barokke klokken, gegoten door J. Crans uit Enckhuysen. Zij hebben de toonhoogten bes0, d1 en f1 en als doorsneden in dezelfde volgorde: 175 cm (3340 kg), 136 cm (1640 kg) en 112 cm (870 kg). In de 20e eeuw werd de kerk enkele malen gerestaureerd, voor het laatst in 1982.

20e eeuw

In de jaren na de oorlog nam het aantal gelovigen in Groningen sterk af en het gebouw raakte in verval. Het koor werd zelfs jarenlang als fietsenstalling gebruikt.

De toren was, zoals de meeste kerktorens, sinds het begin van de negentiende eeuw bezit van de overheid en werd wel redelijk onderhouden.

Bij een grote restauratie van kerk en toren in 1982 werd het kleurenschema van de toren, zachtgrijs en blauw, opvallend gewijzigd. De architecten kozen voor een historische reconstructie en lieten delen van de toren okergeel schilderen.

Het gebouw is niet meer als kerk in gebruik, maar wordt gebruikt voor het houden van evenementen en dergelijke, zoals de fotomanifestatieNoorderlicht.

Meer over de Aa-kerk binnenkant. Klik hier.